‘Wandeling van de week’ 38 : Aidan Scherpbier

OENE – De ‘Wandeling van de week’ is een rubriek van Dennis Dekker (www.mediamagneet.nl). Hij wandelt met inspirerende mensen die iets over hun onderscheidende visie, eigenaardige passies of bijzondere dromen vertellen. Dit keer loopt Dennis een mooie route met Aidan Scherpbier uit Oene. Tijdens deze wandeling langs de IJssel vertelt de Oenenaar over de prachtige sportieve uitdaging die binnenkort op stapel staat en waar hij inmiddels al zo’n vier jaar aan werkt. Samen met zijn (roei)vriend Tristan Sim gaat hij vanaf december meedoen aan de zwaarste roeirace van de wereld: de Talisker Whisky Atlantic Challenge.

Deze jaarlijkse wedstrijd is niet zo maar even iets. In zo’n twee maanden tijd gaat er 5000 kilometer (!) geroeid worden. Dwars over de Atlantische Oceaan. De twee heren vormen samen Team Migaloo en roeien afwisselend van elkaar twee uur en zijn dan twee uur vrijaf die gebruikt kunnen worden voor persoonlijke verzorging of voor slaap. “Ja, ik krijg vaak de vraag of ik niet knettergek ben.”

We staan in de deuropening van de prachtige Oener boerderij waar Aidan met zijn vrouw en twee kinderen woont. We bevinden ons onder aan de dijk. Pal aan de IJssel, eigenlijk. Logisch dat Aidan juist op deze plek met zijn gezin woont, vertelt hij. “Ik ben een natuurmens. Maar ik moet wel weg kunnen kijken. Midden in het bos, daar zou ik niet graag willen wonen. Op een plek als deze ben ik écht één met de natuur.” Zijn voorliefde voor water is daarbij essentieel. “Ik roei en zeil al jaren. Deed ooit ook aan surfen. Wind en water: het is een geweldig interessante combinatie.”

Gewoon, maar anders

We lopen via het erf van ‘buurman Lagemaat’ de dijk op. “Zullen we hier de natuur in duiken? De weg op de dijk is nogal druk en ik ben wel een beetje van het scenario ‘buiten de gebaande paden’. Zo sta ik ook in het leven. Het is niet voor niets dat de Atlantic Challenge als sportieve en geestelijke uitdaging op mijn pad kwam.”

Ietwat vertwijfeld tuur ik naar Aidans ferme lederen laarzen. Vervolgens kijk ik naar de hoge, dunne gymschoenen van mezelf. Dit gaat ontegenzeglijk glibberig, smerig en uitdagend worden. Maar goed: als dat alles is… Ik loop mee met een man waarbij het woord uitdaging niet in z’n persoonlijke woordenboek voorkomt. De combinatie ‘gewoon doen’ overigens wel. Hij vertelt openhartig over zijn ouders die allebei binnen tijdsbestek van ongeveer drie jaar overleden zijn. “Op de afscheidskaart van mijn moeder stond een zinnetje dat ze altijd uitsprak: ‘Doe gewoon, maar doe het anders’. Het zegt een beetje hoe ik in het leven sta. Niet nadenken, maar gewoon doen. Daarbij ook gewóón doen, normaal blijven. En het vooral net even anders doen. Dat betekent vast ook anders dan heel veel anderen in het leven staan, inderdaad.”

Zijn vader is april van dit jaar overleden. “Op zijn kaart stond: ‘wacht niet tot morgen, maar leef vandaag!’ Dat deed ik altijd al wel, maar dat is sindsdien misschien wel meer geworden.” Deze twee quotes slaan op een vrije geest. Kijk naar Aidan en dan zie je zo’n vrije geest staan.

Team Migaloo

Maar deze vrije geest uit Oene is ook iemand die de dingen die hij aanpakt tot in de puntjes voorbereidt. Buiten de gebaande paden, dus, maar zeker ook zonder voor al te veel verrassingen te komen te staan. “Roeiteam Migaloo (vernoemd naar de befaamde witte bultrugwalvis) is perfect geprepareerd. Naast onze talloze trainingsuren, worden we de laatste tijd meerdere malen begeleid door een groep van defensie. Die geven adviezen over welke voeding we het beste mee kunnen nemen. Ook doen ze onderzoek op basis van diverse (psychologische) testen. Daarnaast zijn we blootgesteld aan wat geestelijke uitputting eventueel met je kan doen. Want ook daarop moeten we voorbereid zijn. Dat kan gebeuren. Je moet weten hoe te handelen, wanneer je midden op de oceaan zit en er onverhoopt iets gebeurt. De Atlantic Challenge wordt bovenal een wedstrijd tegen onszelf. We hoeven niet het eerste team te zijn, we willen uiteindelijk veilig aankomen. En als dat betekent dat we her en der wat meer slaap gaan pakken, so be it.” Naar aanleiding van de wedstrijden van andere jaren is gebleken dat de aankomst zal liggen tussen de veertig en de tachtig dagen. Desnoods, duurt het nog langer. “Tja. We roeien met de stroming mee. Al zouden we dagen, weken niet roeien omdat we uitgeput zijn, uiteindelijk komen we altijd aan bij het eindpunt.”

Buiten de gebaande paden

We wandelen de uiterwaarden door, richting de oever van de IJssel. Een smal slingerend paadje verraadt een beetje dat hier wel eens vaker mensen komen. Verder zijn het enkel hoge maagdelijke gewassen. Er fladderen wilde ganzen over onze hoofden en de wind streelt door de wuivende grassen heen. Wij speuren naar begaanbare plekken. Af en toe is de modder te diep. Niet voor die eerder genoemde ferme lederen laarzen, maar wel voor de dunne stoffen sneakers. Dan zoeken we naar de juiste doorgang, naar een lager waterpeil of naar een drooggevallen deel van deze uiterwaarden. Desnoods grijpen we elkaar vast om ondersteuning te vinden. Zo werkt dat als je als duo buiten de gebaande paden bent getreden. Dan ben je veel meer overgeleverd aan elkaar. “Net als op zee, inderdaad. Tristan en ik, zijn een geweldig duo. We vullen elkaar aan. Ik heb er veel vertrouwen in dat we elkaar helpen, wanneer de een het onverhoopt even moeilijk heeft. Da’s fijn om te weten.”

De IJssel slingert links van ons, de weg op de dijk torent aan de rechterzijde boven het graslandschap uit. Deze plek is imposant en indrukwekkend. Helemaal voor een natuurliefhebber zoals Aidan. Hij hoefde er dus ook niet lang over na te denken om mee te gaan doen aan de Atlantic Challenge, vertelt hij al wandelend. “Ik doe al jaren aan sloeproeien. Geweldig om dat in deze regio te doen, maar je zoekt natuurlijk ook steeds andere uitdagingen.” Een wedstrijd over het IJsselmeer bijvoorbeeld. Of een lang stuk de IJssel af. “Jaren geleden deed ik mee aan een roeiwedstijd van Scheveningen naar IJmuiden.” De Oenenaar vond het een bijzondere ervaring om over zee te roeien. Hij vertelt dat hij daar ook in contact kwam met een aantal roeiers die iets vertelden over de Atlantic Challenge. “Dan kun je echt één zijn met de natuur. Dat leek me prachtig. Naast een enorme sportieve uitdaging komt daar dan ook ineens een mentale uitdaging om de hoek kijken.”

Fles Talisker

Al na een paar weken informeert hij bij Tristan of die zo’n avontuur misschien ook niet ziet zitten. “Hij reageerde positief en we hebben niet lang daarna afgesproken en eens wat dingen goed op een rij te zetten. Tijdens dat gesprek hebben we een fles Talisker opgetrokken om de officiële start van dit avontuur te bezegelen.”

Dat is ruim vier jaar geleden. Sindsdien werd er veel getraind. De heren roeien minimaal drie keer per week en doorlopen het defensieprogramma.” Vanwege corona was het af en toe moeilijk om de trainingsuren te halen, maar het duo is voorbereid. Het is bijna zo ver. Aan alles is te zien dat Aidan er zin in heeft. “Onze wedstrijdboot is gehuurd van een Belgische botenbouwer. Die is vorige week al eens bij ons geweest. Daar hebben we al mee gevaren. Binnenkort volgt er onder andere nog een 60-uurs training op het IJsselmeer.”

Daarna gaat het echt gebeuren. Begin november wordt de boot verscheept en eind november vliegt het duo naar de Canarische eilanden. Na een paar dagen acclimatiseren en voorbereiden, gaat de roeiwedstrijd op 12 december van start. Het begint allemaal op La Gomera, één van de Canarische Eilanden. Vanuit de plaats San Sebastián de la Gomera. Zo’n anderhalve maand later eindigt deze bijzondere trip in Nelsons Nelson’s Dockyard in English Harbour op het Caribische eiland Antigua & Barbuda. “We hebben er enorm veel zin in. Zo’n lange tijd even helemaal niets. Praktisch geen contact met de buitenwereld. Alleen maar roeien. Dat is toch een unieke levenservaring. We roeien voor onszelf maar ook voor onze overleden ouders. Mijn vader die ooit op de vaart gezeten heeft, heeft veel van onze voorbereidingen nog meegemaakt. Hij heeft ons altijd gestimuleerd en is letterlijk zichtbaar op de buitenkant van onze boot.”

Doneren 

Een prachtige meerwaarde van dit avontuur? Dat is het goede doel dat Aidan en Tristan aan hun deelname hebben geknoopt. “Door mee te doen met deze wedstrijd hopen we ook geld in te zamelen voor specifiek onderzoek van The Ocean Movement. De microbiologen van deze organisatie houden zich bezig wat de invloed en het negatieve effect van microplastics in de Noordzee zijn. We hebben inmiddels ruim 2.000 euro binnengehaald voor deze organisatie. Maar dat mag natuurlijk nog wel meer worden. Men kan die doel nog steunen via deze link. Met elke euro die gedoneerd wordt, kan er 40 meter van de oceaan onderzocht worden.”

Scherpbier, die in het dagelijks leven les geeft aan de Thorbecke Scholengemeenschap in Zwolle, vindt het prettig dat er ook een goed doel aan hun deelname hangt. Mensen voorlichten, mensen iets bijbrengen, dat zit ook wel in hem, blijkt als je een tijdje naast hem wandelt. “Zo hebben we veel gastlessen aan mbo’ers en basisscholieren gegeven over de negatieve effecten van plastic in de oceaan. Daarom is het naast de fysieke en sportieve uitdaging van deze wedstrijd, ook fijn om via The Ocean Movement iets voor de wereld te betekenen.”

Naast al dat roeien en dat trainen is deze wandeling een aangename sportieve afwisseling, lacht Aidan. Want hij was de afgelopen tijd veel meer op het water te vinden, dan daarnaast. Ook al wandelend is hij in z’n element. Het is voor Aidan een manier om in contact te staan met de natuur. Dat doet hij het liefst buiten de gebaande paden. Sterker: op diverse plekken langs de IJssel wordt onze wandeltocht spontaan even aangepast. “Oei, daar kunnen we niet langs. We moeten toch even via die kant langs het ondergelopen deel van de uiterwaarden lopen.”

Uiteindelijk klimmen we na deze kleine omweg ineens de dijk weer op. Aidan vertelt aan het eind van de route nog even over de ontstaansgeschiedenis van hun teamnaam. “Migaloo in de taal van de aboriginals, betekent ‘white fellow’, witte gast.” Een zeer treffende naam, want uit alles blijkt dat deze wandelaar zichzelf letterlijk gast op de wereld voelt. Of dat nu hier in Oene is, of straks een paar maanden op zee.

 

Deze editie van de ‘Wandeling van de week’ is gelopen met Aidan Scherpbier uit Oene. Tijdens de route buiten de gebaande paden, vertelt hij over zijn geweldige aanstaande uitdaging. Aidan gaat samen met zijn (roei)vriend Tristan Sim meedoen aan de Talisker Whisky Atlantic Challenge. 

 

Wil je genieten van meer wandelingen? Klik dan hier!

‘Wandeling van de week’ 37 : Jenny Berends

VAASSEN – De ‘Wandeling van de week’ is een rubriek van Dennis Dekker (www.mediamagneet.nl). Hij wandelt met inspirerende mensen die iets over hun onderscheidende visie, eigenaardige passies of bijzondere dromen vertellen. Dit keer heeft het wandelen niet alleen te maken met gezondheid, maar ook met een goed doel. Jenny Berends uit Vaassen wandelde in juni namelijk 200 kilometer in tien dagen tijd. Ze deed dat samen met Toos Herms uit Epe. Samen zamelden ze geld in voor KWF Kankerbestrijding. Normaal was dat altijd ten tijde van de Alpe d’HuZes, maar omdat dit evenement al voor het tweede jaar achtereenvolgens niet door ging, bedachten de dames een alternatieve wandelroute. Langs veelzeggende plekken en plaatsen in Nederland. Jenny blikt terug op hun eigen unieke wandelevenement.

We starten deze wandeling in Vaassen, aan de Vuurdoornstraat. Daar woont Jenny met haar man. Mijn enthousiaste medewandelaar heeft er zin in. De wandelschoenen worden stevig gestrikt, de drinkfles bungelt in de hand. Hop, daar gaan we. Ze wijst de route, ze vertelt haar verhaal. Via de Ribesstraat komen we op de Emsterweg waar we de Prins Bernhardlaan oplopen. Vlak voor Kasteel Cannenburch leidt onze wandeling via het Kersendijkje en de Julianalaan het kasteelpark in.

Oppeppen

Jenny begint eerst te vertellen waar haar wandelliefde vandaan komt. “Ooit, zo’n twintig jaar geleden, ben ik gaan lopen. Stukken achtereen, samen met één van mijn zussen. In 2013 kwam daar nog een extra reden bij. Ik werd ontslagen bij mijn toenmalige werkgever. Ik was daar een periode erg verdrietig van. Ik wandelde toen ook om mijn verdriet te verwerken, om een doel te hebben, om mezelf op te peppen.”
Dat wandelen is inmiddels uitgegroeid tot een grote hobby. Die de afgelopen jaren minstens ieder weekend ingezet werd. Ook volgden er doelen: wandeltochten. “Dat je loopt is natuurlijk al prachtig. Maar het is nog veel leuker om ergens voor te trainen. De Nijmeegse Vierdaagse, de Bloesemtocht in Geldermalsen, de Kennedymars; Jenny heeft ze, samen met één van haar zussen, wel eens gelopen.
En toen werd haar vriendin ziek. Ze kreeg kanker. “Ik wilde mijn liefde voor wandelen inzetten om geld in te zamelen voor KWF. Daarbij kwam: Helmie wilde de Alpen graag nog eens zien. We zijn met het regionale bekende team ‘De Keet-Herms’ meegegaan om in 2017 mee te doen met de Alpe d’HuZes.”
In die tijd leerde Jenny ook Toos Herms kennen. Die Epese ging eerst samen met haar man mee als begeleider, maar wilde uiteindelijk ook zelf mee gaan lopen omdat haar man Cor in 2014 overleden aan kanker.

Namen met een verhaal

Zo kwam het dat Toos en Jenny zich samen gingen voorbereiden op de Alpe d’HuZes-editie in 2019. Maar toen brak corona uit. Geen evenement dus. Net als dit jaar. Toch wilden de dames wel iets doen. Ze bedachten, met hulp van team De Keet-Herms, een alternatief. Een route die kriskras door Nederland liep. Een route langs plaatsen en buurtschappen met veelzeggende namen. “Zo zat ik ooit eens samen met Willia Jacobs (teamcaptain van De Keet-Herms, red.) te brainstormen over die route. We kwamen met namen van plaatsen op de proppen waar we een passend verhaal bij konden maken. Zo begonnen we in het buurtschap Ziek (bij Zeddam) en liepen we in tien dagen tijd naar Nooitgedacht (bij Rolde). We passeerden Rekken (omdat je het leven zo graag zou willen rekken) en Hardenberg (dat als plaats direct verwijst naar die berg in Frankrijk). Het was een geweldige, onvergetelijke tocht. Een onbetaalbare ervaring.”
Aan de achterkant van het kasteelpark lopen we de Emmalaan en de Hattumseweg helemaal af. Via de Niersenseweg en de Gortelseweg gaat de route weer terug richting het dorpscentrum. Intussen vertelt Jenny dat een spontaan idee steeds groter en groter werd. “Naast die veelzeggende namen van start- en eindpunt, stelde ik samen met Toos een afspeellijst met passende muziek samen. We selecteerden dagelijks liedjes die ons kracht gaven. ‘The Sound Of Silence’ bijvoorbeeld. Maar dan niet in de uitvoering van Simon & Garfunkel, maar ooit ingezongen door Helmie. Erg mooi en emotioneel. Of Yesterday van The Beatles. Omdat je altijd blijft denken aan de dagen toen onze geliefden er nog wel waren.”
Muziek bleek voor Toos en Jenny erg belangrijk te zijn tijdens deze wandeltocht. Elke ochtend voordat de wandelschoenen aangetrokken werden, kwam het dagnummer al voor het eerst langs. “Dat zorgde bij ons altijd voor een meditatief momentje.” Zo werd het strijdlied van stichting Alpe d’HuZes tijdens één van die dagen bijvoorbeeld gedraaid: ‘Kom Geef Niet Op’ van Maarten Peeters. “En een ander dagnummer was ‘Hier En Nu’ van Nick & Simon. Dat had voor ons te maken met het interview dat de inmiddels overleden Frank Speets, gaf. We zijn hem ooit tegengekomen tijdens de Alpe d’HuZes. In het interview zei hij: ‘Maak een museum van je leven en vertel er enthousiast over’. Dit lied stond dus centraal op de dag dat we in museumdorp Orvelte aankwamen. Want toen Toos mij vertelde dat ze met mij mee ging lopen, had ze de twinkeling in haar ogen waar Nick & Simon over zingen.” Toos twijfelde wel eens of ze het zou volhouden. Maar uiteindelijk ging dat allemaal erg goed, vertelt Jenny. “Ze had wel een paar blaren, maar die heb ik kunnen verzorgen.” Jenny is in het dagelijks leven onder meer sportverzorger bij het tweede elftal van vv Nunspeet. Die opgedane ervaringen zoals massagetechnieken en andere behandelmethodes kon ik voor mezelf en voor haar perfect inzetten.”

Nooitgedacht

Finishplaats Nooitgedacht mag volgens Jenny een passend slotstuk van hun unieke wandeltocht genoemd worden. “De naam is allesomvattend. Ook voor onszelf. We hadden nooit gedacht alles zich op deze manier zou ontvouwen.” In Orvelte hebben de dames geslapen in de vrachtwagen van Toos’ wijlen man. “Dat was ook een erg emotioneel moment.”
Het waren sowieso dagen om nooit te vergeten. Jenny kan daar naar eigen zeggen nog altijd geraakt over zijn. “We hebben zo veel herinneringen gemaakt, zo veel prachtige momenten beleefd. We werden bijna dagelijks geïnterviewd. Van Omroep Gelderland, tot RTV Oost, RTV Drenthe en Radio 2. We mochten gratis overnachten bij B&B’s en bij mensen thuis. Daarbij wandelden er elke dag anderen mee. Die moesten daarvoor wel een bedrag doneren om mee te mogen lopen. Elke deelnemer heeft zijn of haar eigen verhaal, maar ze waren ons ook tot steun.”
Toos en Jenny haalden ruim 14.000 euro op. Maar men kan nog steeds storten. En de dames wandelen ook nog steeds. “Sterker: we zijn in september samen op vakantie geweest naar Oostenrijk. Ook daar is natuurlijk gewandeld.”

Nieuwe wegen

Via de Emsterweg lopen we de Ribesstraat weer in. De laatste meters worden afgelegd. De voordeur van Jenny’s woning is in zicht. Toch wil ze nog graag wat zeggen: “Ik wil jou bedanken voor deze wandeling. Het was heel fijn om mijn herinneringen nog een keer met iemand te delen. Maar ik wil Toos hierbij nog graag zeer bedanken dat ze me vergezelde op deze bijzondere reis. Het leven vraagt je telkens weer om door te gaan, om nieuwe wegen in te slaan. Ik ben blij dat ik dat afgelopen juni samen met Toos heb mogen doen.”

 

Deze editie van de ‘Wandeling van de week’ is gelopen met Jenny Berends uit Vaassen. Ze vertelt over de bijzondere wandelroute die ze samen met Toos Herms uit Epe liep. Samen zamelden ze daar inmiddels ruim 14.000 euro mee in voor KWF Kankerbestrijding. 

 

Wil je genieten van meer wandelingen? Klik dan hier!

‘Wandeling van de week’ 36 : Gert Dekker

WEIL AM RHEIN (DE)/RIEHEN (CH) – De ‘Wandeling van de week’ is een rubriek van Dennis Dekker (www.mediamagneet.nl). Hij wandelt met inspirerende mensen die iets over hun onderscheidende visie, eigenaardige passies of bijzondere dromen vertellen. De wandeling van afgelopen week was om meerdere redenen uniek te noemen. Niet alleen vanwege de route die zelfs door twee landen slingerde. Maar bovenal was het een ware ’trip down memory lane’, een tocht der herinneringen. Een wandeling door een omgeving die weliswaar niet het echte thuis is van de twee wandelaars, maar voor hen beiden wel zo voelt. Deze wandeling door het uiterste puntje van Zuid-Duitsland, liep Dennis samen met zijn vader: Gert.

Een paar dagen één op één met je vader. Even weg mogen en even niets hoeven. Het zijn met recht fijne, waardevolle uren te noemen, vind ik. Helemaal wanneer die tijd gespendeerd wordt op de plek waar jaren geleden talloze zomervakanties doorgebracht zijn: in het Zwarte Woud, het grootste bosgebied in Duitsland. Daar in dat uiterste, zuidelijke puntje van het land van onze oosterburen ontstonden voor mij ooit talloze, geweldige herinneringen. Ik ging meerdere malen terug. Met vrouw en kind, en een paar jaren geleden na lange tijd ook weer eens met mijn vader.

Vorige week stond eenzelfde trip op de rol. “En als we daar toch zijn, dan kunnen we ook wel samen wandelen voor jouw rubriek”, kondigde Dekker senior een paar weken geleden al ambitieus aan. Zozo, dan moesten we qua gesprekken dus nóg meer de diepte in. Ik was benieuwd en nieuwsgierig geworden.

Tobias Rehberger: 24 Stops

Ter plaatse zocht ik een prachtige wandeling uit die ik ooit al eens met vrouw en kind liep: 24 Stops. Een wandeling langs kunstwerken van de Duitser Tobias Rehberger. De route loopt vanaf Weil Am Rhein (Duitsland) naar Riehen (Zwitserland )en leidt uiteindelijk met een mooie gracieuze bocht weer terug naar Weil Am Rhein. Ongeveer tien kilometer in totaal. “Och, dat moet te doen zijn”, aldus mijn vader. Gert is dan weliswaar net 75 geworden, met zijn conditie is niets mis. De combinatie wandelen en afstanden, daar wordt hij niet warm of koud van. Jarenlang ondernam mijn vader een wekelijkse wandeltocht met zijn neef, jarenlang stonden voor hen de Apeldoornse Vierdaagse en de Airborne Wandeltocht op het programma. “Dit is misschien een goede aanzet om dat wandelen weer eens wat frequenter op te pakken. Wekelijks weer even de wandelschoenen aantrekken voor zo’n rondje, dat zie ik wel zitten.”

Even terug naar de plek van deze wandeling. De plek van ons verblijf. Hier op een steenworp afstand van de grens met Zwitserland. De kronkelige, bochtige wegen zijn ons bekend. De vele dorpjes zijn diverse malen gepasseerd. Diverse steden in de regio werden vaak met een bezoekje vereerd. Maar waarom dan toch weer naar datzelfde gebied, zul je je afvragen? Is dat dan niet eentonig? Word je dat nooit zat? Nee, juist niet. We gaan er bewust naartoe.

Gemütlichkeit

Het is niet voor niets zo dat ik dit gebied zonder schroom als mijn tweede thuis betitel. Waarom dat is? Het is de natuur, het zijn de immer indrukwekkende wandelingen door de prachtige bossen, het is ‘t klimaat, het eten en het drinken. De gemütlichkeit, kortom. Maar het is zeker ook die ene familie die in de jaren van mijn jeugd een drietal vakantiewoningen bestierde. Wij kwamen daar jaren achtereen steeds terug. Er ontstond een warme vriendschap tussen het echtpaar en mijn ouders. Liever gezegd: tussen de beide families. Toen was ik tiener en mijn vader veertiger. Nu ben ik veertiger en is hij 75.

Inmiddels heeft de eerder genoemde Duitse familie allang geen Ferienwohnungen meer, maar we overnachten daar nog altijd dichtbij in de buurt. Als gezegd; vanwege de prachtige omgeving, maar uiteraard ook om hen te bezoeken. Dat hebben we ook dit keer weer gedaan. Bij dat samenzijn worden vele waardevolle herinneringen opgehaald. Onder meer aan mijn eigen moeder die al 26 jaar niet meer onder ons is. Elke keer dat we elkaar zien, wordt het afscheid lastiger. We worden ouder en de vergankelijkheid van het leven dus groter.

Stichting Beheer Sporthal PWA

Terug naar de wandeling. Terug naar dit één-op-één gesprek met mijn vader. In Weil am Rhein staan onder meer het Vitra Haus en het Vitra Museum. Dat is de plek waar wij beginnen met onze wandeling. Via de Charles-Eames-Straße 2 en de Römerstraße lopen we in straf tempo de Tüllinger Berg op.

Mijn eerste vraag is logisch, deze rubriek is er tenslotte niet voor niets. “Zo, pa, wát wil je eigenlijk vertellen?” Hij trekt een denkrimpel op z’n voorhoofd, maar komt direct met een treffend antwoord, wat mij eerlijk gezegd totaal niet bekend was. “Nou, ik ga na jaren stoppen met mijn vrijwilligerswerk voor de sporthal in Epe.”

Het dorp Epe heeft al tientallen jaren een stichtingsbestuur dat zorgt voor de exploitatie van de PWA-hal. Dit bestuur bestaat uit een aantal personen, waar mijn vader er één van is. Hij regelde de planning en de sponsoring van deze sporthal. De zogeheten Stichting Beheer Sporthal PWA is opgericht aan het eind van de jaren ’60, vertelt Gert verder. Toen werd de PWA sporthal in Epe in gebruik genomen. Het zittende bestuur gaf begin van de jaren ‘90 te kennen te willen aftreden. Het aantredende bestuur werd toen gevormd door afgevaardigden van Volleybalvereniging Ormi en Badmintonclub BC’70. “Sinds de jaren negentig maak ik deel uit van het bestuur. Ik was lid van Ormi en had toen ook een bestuursfunctie bij deze volleybalvereniging. Zo ben ik ooit bij deze stichting gekomen. Ik moet toevoegen dat ik er indertijd ook wel een aantal jaren tussenuit ben geweest. Dat was toen je moeder ziek werd en uiteindelijk overleed. Ik wilde al mijn vrije tijd aan haar besteden, natuurlijk. Toen ik in 2004 met pensioen ging, ben ik weer gevraagd om zitting te nemen in het bestuur. Ik heb niet getwijfeld.”

De sporthal is in 2009 door brand verwoest. Op 15 september 2011 werd de nieuwgebouwde PWA-hal in Epe weer opgeleverd. Ook dat traject maakte Gert mee. In totaal zit hij dus zo’n 23 jaar bij deze stichting. “Het was al met al een zeer interessante tijd, maar het is mooi geweest. Ik ben 75. Ik was eerder ook al met mijn vrijwilligerswerk op andere plekken gestopt. Dit was de laatste taak. Nu mag iemand het stokje overnemen.”

Gutedel en Müller-Thurgau

Na een stijl klimmetje lopen we ineens tussen de wijnvelden. We vertellen elkaar over de voorliefde voor de lokale druivenrassen Gutedel en Müller-Thurgau. We genieten van de prachtige strakke rankenrijen, van het uitzicht, van de omgeving. De Verner Pantonweg, de Domhofstraße, de Riehenerstraße. Stukje bij beetje, zoeken we letterlijk de grens op.  Want via de Hauptstraße van Weil am Rhein, passeren we het Zollamt Weil-Ost. De man in uniform groet ons vriendelijk.

Intussen vertelt Gert vol passie verder over de unieke constructie van het stichtingsbestuur waaraan hij veel van zijn vrije tijd gewijd heeft. “Wij zijn een groep vrijwilligers die de exploitatie van deze sporthal regelen. Dat is best uniek in Nederland. Normaal gesproken doen gemeentes dat zelf. Natuurlijk, de gemeente Epe ondersteunt ons financieel, maar verder is het ’t stichtingsbestuur die alle zaken regelt. Het sportcafé, de schoonmaak en het dagelijks beheer wordt gedaan door Ron Heersink, maar de rest komt volledig op het bordje van de stichting.”

Nieuwe voorzitter

Tja. En nu stopt het dus. Een aderlating zou je kunnen zeggen, want Gert beschikt ontegenzeglijk over een enorme brok ervaring. Daarbij is hij niet de enige die er mee ophoudt. “De stichting bestaat uit vijf personen. Voorzitter Han Langereis kondigde samen met mij aan om te stoppen. We hebben de afgelopen periode dus druk gezocht naar opvolgers voor deze twee functies.”

Een nieuwe voorzitter (Peter Veldhuizen uit Vaassen, red.) is inmiddels gekozen, maar de functie van mijn vader is nog niet ingevuld. “Wellicht dat jouw stukje daar iets kan betekenen. Ik heb namelijk al best veel gesprekken gehad met potentiële opvolgers, maar die zoektocht blijkt toch moeilijker dan gedacht.”

In het Zwitserse dorpje Riehen drinken we een espresso in het café van het Beyeler Museum. We bezoeken de beeldentuin en lopen vervolgens het centrum uit. De velden in, richting het water dat de Wiese heet en in deze gemeente pal langs de landsgrens stroomt. We lopen de brug over, we stappen de witgeschilderde grenslijn over en klimmen de berg op. Via een flauwe bocht gaat het terug richting het Vitra Museum.

Het moet gezegd: deze wandeling blijkt om meerdere facetten bijzonder. Dit zijn de plekken die we allebei zo goed kennen. Dit zijn de plekken waar we allebei van houden en graag komen. Maar daarbij brengt de wandeling ons weer even dichter bij elkaar. Dat komt door het delen van de talloze herinneringen van vroeger. Maar dat komt ook omdat Gert Dekker serieus over de nieuwswaarde van dit gesprek heeft nagedacht. “Je zet er toch nog wel even in dat mensen zich bij mij kunnen melden voor die functie in het stichtingsbestuur?” Mijn vader is 75 jaar, het vele vrijwilligerswerk dat hij deed, bouwt hij af. Maar niet voordat hij een opvolger heeft natuurlijk. “Ik kan dit werk niet uit mijn handen laten vallen. Ik streef naar een feilloze overdracht.”

 

De 36e editie van de ‘Wandeling van de week’ is om meerdere redenen bijzonder. Zo wandel ik dit keer met mijn eigen vader, Gert Dekker. Daarbij loopt de route eens niet in de gemeente Epe, maar zelfs door twee andere landen: Duitsland en Zwitserland. 

 

Wil je genieten van meer wandelingen? Klik dan hier!

‘Wandeling van de week’ 35 : Michel van den Esschert

EPE – De ‘Wandeling van de week’ is een rubriek van Dennis Dekker (www.mediamagneet.nl). Hij wandelt met inspirerende mensen die iets over hun onderscheidende visie, eigenaardige passies of bijzondere dromen vertellen. De afgelopen week ging Dennis op pad met Michel van den Esschert. Michel (of zoals velen zeggen ‘Mies’) is zo’n typische BE’er (Bekende Epenaar) die altijd wel een mooi verhaal te vertellen heeft. Het komt dus goed uit dat Michel in deze periode veel moet wandelen vanwege de ingrijpende knieoperatie die hij onlangs onderging. Ik haak aan en Mies die ratelt wel door… Zijn passie? “Elkaar wat gunnen, mensen vermaken en liefde geven aan anderen. Dan komt het uiteindelijk altijd goed met je!”

Even beginnen bij het begin. Michel van den Esschert staat in deze gemeente al jaren bekend als oliebollenbakker en als kermisklant. Globaal genomen werkt hij de ene helft van het jaar op diverse kermissen. De andere helft van het jaar verkoopt hij oliebollen en appelflappen vanuit een sfeervolle kraam in z’n geboortedorp. Dus bovenal noemt men hem een zwervende Epenaar in een woonwagen. Maar er gebeurden in zijn eigen woorden ‘de afgelopen jaren natuurlijk wel wat dingetjes’, waardoor hun vaste verblijfplek in Epe ineens ter discussie stond.

Eureka

Daar waar ze jaren achtereen op vakantiepark De Beekhorst woonden, ging dat park over in andere handen. Dat betekende leegruimen die plek en ook de woonwagens van Peter en Michel moesten daar weg. Best een sof voor de twee heren, want ze betaalden daar jarenlang netjes hun huurpenningen.

Daarbij kwam natuurlijk de coronacrisis waardoor kermissen lange tijd verboden waren. De afgelopen maanden woonde Michel samen met zijn zakelijk partner Peter Olde Scholtenhuis (of zoals velen zeggen ‘Peet’) noodgedwongen tijdelijk op het grasveldje naast café-bar-cafetaria Eureka op de Hoge Weerd. Da’s dus ook de plek waar we deze wandeling gaan beginnen.

Tussen de twee woonwagens zijn opgeluchte gezichten te zien. Het duo wist namelijk dat er een eind ging komen aan wonen naast Eureka. De gemeente Epe gaf hen tot oktober 2021 de tijd om een andere plek te vinden. Michel vertelt: “Ronald en Saskia van Eureka waren geweldige buren. Ze hebben ons altijd prachtig geholpen. En wij hen, wanneer dat nodig was. Maar verder waren de afgelopen maanden best wel eens onzeker voor Peet en mijzelf. We wisten natuurlijk dat de plek hier tijdelijk was. We wisten dat we hier weg moesten. Maar ja; vind maar eens iets dat past!”

Man Bijt Hond

Aan die onzekerheid is onlangs een eind aan gekomen. De twee BE’ers (of eigenlijk kun je ook wel zeggen BN’ers, want ooit schopten ze het al tot een veelbekeken serie bij het tv-programma Man Bijt Hond, red.) krijgen vanaf volgend jaar een definitief plaatsje toegewezen op het woonwagenkamp in Emst waar ze een woonwagen gekocht hebben. “Tot eind januari blijven we dus hier en in de zomer van 2022 moeten we verhuizen naar Emst. Tussendoor zijn we al weer volop met onze vier kermisattracties in de weer bij diverse kermissen. Maar de tijd dat we in het voorjaar van 2022 nog wel in Epe zijn, mogen we tijdelijk op het Eper woonwagenkamp wonen.”

Geen kermissen, dus geen inkomen. Dan kun je de tijd maar beter goed gebruiken, vertelt Michel terwijl we de Hoge Weerd aflopen. “Zo ben ik onder meer druk geweest met de restauratie van onze vier kermisattracties. De vliegtuigmolen ‘Babyflug’ staat er bijvoorbeeld weer top bij. Netjes gekeurd ook, voor wat betreft de veiligheid. De authentieke kinderdraaimolen heeft nieuwe verlichting, de ‘altijd-prijs-kraam’ Fantasy World heeft een vers likkie verf en de snoepkraam is weer op en top gevuld. “Je blijft gewoon bezig. Maar heel eerlijk? Dat ‘gepruts’ levert me ook energie op. Want je doet het voor straks, voor als we weer mogen. Voor wanneer we andere mensen op kermissen weer mogen vermaken en hen liefde en aandacht kunnen geven. Want dát is uiteindelijk veel belangrijker dan geld, natuurlijk.”

Akkefietjes

De coronaperiode had daarom ook wel een soort van rustige kant, meldt Michel eerlijk, terwijl we aan het eind van de Hoge Weerd een bospad in lopen. “Peet en ik zijn samen ruim dertig jaar onderweg. Van kermis naar kermis, van kermis naar oliebollenkraam. En tussendoor dat afbreken, dan opbouwen en het onderhouden. Logisch: je staat nooit stil. Je blijft altijd bezig. Deze maanden gaven ons ook wel wat rust.” Verdiende rust, zo vult hij eerlijk aan. “Peet heeft de afgelopen jaren ‘wat akkefietjes’ gehad (herseninfarct en een darmoperatie, red.) dus voor hem was dit ook wel eens goed.”
En dan had Michel ook nog een akkefietje. “Ik stond al een tijd op de wachtlijst voor een nieuwe knie. Dat heb ik samen met het ziekenhuis maar geprobeerd in te plannen in deze rustige periode. Want als straks alles weer los gaat, dan moeten we gas geven. Dan kan het niet zo zijn dat ik steeds met pijn zit.”

Afgelopen juni ging Michel onder het mes. Een ingrijpende operatie waarbij de complete knie vervangen werd. “Sindsdien ben ik bij de fysiotherapeut fanatiek aan het sporten geslagen. Daarbij wandel ik meerdere dagen per week zo’n rondje als nu. Om er voor te zorgen dat zijn gerestaureerde knie niet stijf wordt, moet Michel in beweging blijven.” Natuurlijk moet je oppassen en uitkijken, lacht hij. “Soms doe je wel eens wat te veel. Vorige week stond ‘Babyflug’ een paar dagen opgesteld op het veldje naast onze woonwagens. We wilden iets doen voor de buurt. Dan loop je dus net even te lang. Aan het eind van de avond was ik kapot. Vocht in de knie, je kent het wel.”

Een paar dagen daarvoor was hij 50 geworden. Reden voor een feestje zou je zeggen. Toch dacht Michel dat dit vanwege zijn knie maar overgeslagen moest worden. Had Peter stiekem een klein verrassingsfeest voor hem geregeld. “Geweldig man. Ik heb genoten. Ondanks die rotknie.”

Eper kermisklanten willen anderen weer blij maken

Toch is het verbazingwekkend hoe goed Mies nu al weer loopt. Hij is een vechter, een strijder. “Ik heb niet voor niets het boksen ook weer een beetje opgepakt. Haha.” We komen in het bos uit nabij voetbalvereniging SV Epe. “Een prachtige plek. Hier zit ik wel eens op een bankje om lekker tot rust te komen. Mooi toch, ons dorp Epe? Ik vind het hier heerlijk. Ooit woonde hij met ouders en broers aan de Hazekeuken. Da’s pal naast de Hoge Weerd, waar we nu tijdelijk verblijven. “Als ik hier rondloop dan heb ik enorm het gevoel dat deze buurt mijn thuis is.”

Na een paar kilometer wandelen zijn we teruggekeerd bij de woonwagens. De plek waar ze de komende tijd nog zullen wonen. Over een maand beginnen de hectische en zeer gezellige oliebollenmaanden weer. Michel heeft er zin in. “We hebben vorig jaar nog geïnvesteerd in een oliebollenmachine. Dan hoef je ze niet meer met de hand te maken. Gevolg: meer productie. Ik heb echt weer veel zin om aan de slag te gaan.” En daarna? Tja, dan gaan we weer op reis. De kermissen langs. We houden van Epe, maar we missen het reizen, we missen die talloze vrienden op die diverse kermissen enorm. Dus let op: Peet en Mies komen er volgens kermisseizoen weer aan! We hopen als Eper kermisklanten weer heel veel anderen blij te kunnen maken!” Peter staat lachend in de deuropening van zijn woonwagen te wachten: “In de volksmond zeggen mensen vaak: ‘Kijk dát zijn kermisklanten’. Dan zeg ik steevast: ‘Ho! Jij bent klant en ik ben exploitant!’ Hahaha…”

 

Michel van den Esschert is onlangs 50 geworden. Reden voor een feestje zou je zeggen. Da’s natuurlijk zeker wel een beetje gebeurd, maar hij moest toch ook oppassen. De Bekende Epenaar (BE’er) is namelijk herstellende van een ingrijpende knieblessure. Om dat herstel te bespoedigen heeft hij het wandelen fanatiek opgepakt. Want het kan en het mag natuurlijk niet zo zijn dat hij straks niet goed aan het werk kan als oliebollenbakker en als kermisklant. Ik loop een stukje met hem mee.

 

Wil je genieten van meer wandelingen? Klik dan hier!